Module 2. Motivatie
Les 1 Hoe maak je het schooljaar leuker?
In de vorige module gingen de drie lessen vooral over beter leren. Deze les daarentegen gaat over beter voelen; emoties en gevoelens. Die twee kunnen elkaar beïnvloeden. Dus als je glas halfvol is, leer je gemakkelijker. Als je lekker in je vel zit, haal je gemakkelijker goede resultaten. Een win-win situatie.
Maar wist je dat je ook daarbij veel kan leren van hoe het vorig schooljaar is gegaan? Waar ben je best tevreden over en wat zou je liever anders zien? Misschien ben je ook nog ergens trots op.
Na deze les weet je hoe je het dit schooljaar leuker kunt maken dan vorig schooljaar.
Reflecteren
De laatste les van de vorige module ging over hoe je je beter kan concentreren. Heb je daar iets aan gehad? Heeft het je geholpen om betere resultaten te halen? Heb je goede tips voor je klasgenoten?
Deel die dan met je klasgenoten.
En schrijf ze op in je notitieboekje of bewaar ze op je computer. Voeg een mapje toe: ‘Motivatie”. Daarin bewaar je alle informatie over deze module. Eventueel kan je bij elke module de titel van de 3 lessen als mapje toevoegen. In dit geval wordt het dan ‘Motivatie, les 1’.
Bekijk de video.
Schrijf goede tips in je notitieboekje of sla ze op in je computer.
Dat kan je erbij pakken als je je voorbereidt op een volgende toets.
Als je je op een toets gaat voorbereiden, begin dan met de lesstof te verdelen over 3 of 4 dagen.
Bijvoorbeeld: een toets voor een zaakvak kan je per dag op 3 manieren leren:
Dag 1. Tekst globaal bekijken en actief bestuderen.
Dag 2. Hoofdzaken markeren en samenvatting maken.
Dag 3. Zelf vragen maken over de tekst en antwoorden geven op die vragen. Noteren wat je niet begrijpt.
Dag 4, Check of je de tekst begrijpt.
Wanneer staat er een toets in je agenda?
Zet de informatie over die toets in je agenda op de dag dat je het wil gaan leren.
Bijvoorbeeld: voor geschiedenis hoofdstuk 3 en 4, globaal bekijken en actief bestuderen.
Stap 1 Kies een hoofddoel
Van je eigen ervaringen kan je veel leren. Als je reflecteert op vorig schooljaar, wat is dan je algemene gevoel? Ging je vorig jaar elke dag met plezier naar school? Of heb je er niet zulke goede herinneringen aan? Wat kan je daar van leren?
Wist je dat je je gevoel kunt beïnvloeden? Dat zit zo: je gedachten bepalen hoe jij je voelt. Als jij negatief denkt, voel je je slecht, maar als je positief denkt, voel je je goed. Dus de vraag is eigenlijk: is het glas halfvol of halfleeg?
Bijvoorbeeld: je denkt: ‘Niemand houdt van mij’. Dan is het glas halfleeg. Maar als je denkt: ‘Ik heb genoeg goede vrienden’. Dan is het glas halfvol. Het doel zou moeten zijn: ervoor zorgen dat het glas zo vol mogelijk is.
Samengevat:
Als je weet dat je je gedachten kunt sturen, kan je er ook voor zorgen dat jouw glas halfvol is. Dat doe je door je gedachten positief aan te passen. Daarmee krijg je een beter gevoel over jezelf. Daar word je blij van. En als je blij bent voel je je goed op school, dan gaat het leren je gemakkelijker af. Wat wil je zelf?
Hoe voelde je je vorig schooljaar?
Hoe is dat nu? En hoe wil je dat dat is? Als je je vaak onzeker voelt, zoek dan uit hoe dat komt. Ga op zoek naar de oplossing. Misschien kan dat je motiveren, waardoor het leren je dit jaar gemakkelijker afgaat, zodat je met een beter gevoel naar de bovenbouw gaat..
Wat wil je heel graag dit jaar bereiken? Denk aan hoe je je vorig jaar voelde en hoe je je nu wil voelen. Waar wil je dit jaar aan werken? Wat is je doel! En wat zijn je verbeterpunten?
Bijvoorbeeld: ‘Ik wil ervoor zorgen dat mijn glas half vol is, zodat ik dit jaar gemakkelijker doorkom dan vorig jaar’. Mijn verbeterpunten zijn: ‘Positiever denken, meer gemotiveerd zijn en dus beter mijn best doen’.
OPDRACHT 1. Formuleer je hoofddoel?
Denk terug aan vorig schooljaar.
Wat wil je dit jaar beter aanpakken dan vorig jaar. Noteer de verbeterpunten in je notitieboekje of sla ze op in een mapje op de computer.
Bijvoorbeeld: ‘Motivatie, les 1’. Je kan deze verbeterpunten uitgedrukt in een motivatiespreuk boven je bureau ophangen, zodat je daar elke dag aan herinnerd wordt.
Bijvoorbeeld: ‘Als je doet wat je altijd deed, krijg je wat je altijd kreeg’.
Stap 2 Maak een plan
Waarom gingen die dingen vorig schooljaar niet zo goed? Het mooie daaraan is dat je nu kan uitzoeken hoe je er zelf voor kan zorgen dat dat dit jaar beter gaat. Wat ga je er dit jaar aan doen, zodat je met meer plezier naar school gaat?
OPDRACHT 2. Hoe maak je een plan?
Formuleer eerst je hoofddoel en je verbeterpunten (eventueel ook een motivatietekst).
Bijvoorbeeld: je doel is: ‘Dit jaar ga ik ervoor zorgen dat ik met minder voldoendes op mijn eindrapport overga.’
Mijn verbeterpunten zijn: ‘Gestructureerder studeren door dagelijks een planning te maken, me niet meer zo te laten afleiden en het te vragen als ik iets niet begrijp’.
WAT HEB JE GELEERD?
Deze les heb ik geleerd dat het je kan helpen als je voor jezelf een doel stelt.
Challenge
Gebruik je verbeterpunten de komende week.
Noteer je vooruitgang. Leg uit hoe datkomt? Deel dit de volgende les met je klas.
Inhoudsopgave
Les 1. Hoe maak je dit schooljaar leuker?
Les 2. Wat wil je op korte termijn bereiken?
Les 3. Hoe ga je elk sub-doel vieren?
Terug naar hoofdpagina